Hitte voorkomen in nieuwbouw - KAN bouwen

Hitte voorkomen in nieuwbouw

Door Claudia Bouwens, programmaleider KAN

Woningen hittebestendig maken, hoe doe je dat? Over dit onderwerp is recent het rapport ‘Bureaustudie rondom de invloed van omgevings- en gebouwkenmerken op hitte in de woning’ gepubliceerd. De handreiking hierbij is vooral geschreven voor de gemeenten en corporaties, dus voor de bestaande stad en de bestaande bouw.

Ladder van koeling
Voor nieuwbouw zijn we al een paar stappen verder. Ik heb de belangrijkste leerpunten voor het voorkomen van hitte in nieuwbouwprojecten voor je op een rijtje gezet. Het Overleg Standaarden Klimaatadaptatie (OSKA) heeft aan de hand van eerder onderzoek een ‘ladder van koeling’ opgesteld.

  1. Hou rekening met de omgeving van gebouwen. (Bomen, groen, schaduwplekken, stimuleer bewoners om tuinen groen in te richten etc.)
  2. Voorkom intrede van hitte. (Overstekken, buitenzonwering, shutters, screens, zonwerend glas, oriëntatie van ramen etc.)
  3. Verdrijf de warmte. (Spuivoorzieningen, zomernachtventilatie etc.)
  4. Zorg voor efficiënte koelvoorzieningen. (Bodemwarmtepomp, WKO etc.)

De laatste drie treden van de ladder zijn voor nieuwbouwwoningen sinds de invoering van de NTA8800 (de BENG regelgeving) per 1 januari 2021 ‘gesneden koek’. Het beperken van de kans op temperatuuroverschrijding (TOjuli) is immers een wettelijke eis van de NTA8800. Wil je hier meer van weten? In het platform Lente-akkoord ZEN heb ik hier de afgelopen drie jaar uitgebreid onderzoek naar laten doen en over laten schrijven – zie de links naar publicaties onderaan dit artikel. Heb je hier aanvullende vragen over? Laat het me weten!

Hitte-eiland effect tegengaan
Wat kunnen we doen in de omgeving van nieuwbouwwoningen om hitte te verminderen? De bovengenoemde ‘Bureaustudie rondom de invloed van omgevings- en gebouwkenmerken op hitte in de woning’ heeft verschillende onderzoeken hierover naast elkaar gelegd. Om het hitte-eiland effect in het stedelijke gebied te verminderen hebben ze gekeken naar het effect van groen en parken, de straatinrichting en de aanwezigheid van water.

Groen en parken
Het gunstigste effect werd gevonden bij vergroening in het algemeen. Met 10 procentpunt meer groen neemt de luchttemperatuur met grofweg 0,5 °C af. Meetlocaties met een bomenrij zijn 0.6 °C koeler dan straten zonder (enige) groene beplanting. Een park binnen een straal van 100 meter van de woning zorgt voor 0,3 °C daling van de buitenluchttemperatuur. Daarnaast bieden bomen schaduw en beperken ze daarmee directe zonnestraling bij de woning.

Straatinrichting
De straatinrichting blijkt ook relevant te zijn voor de luchttemperatuur in een wijk. Straten met ononderbroken huizenrijen aan weerskanten bijvoorbeeld, blijken 0.3 °C meer op te warmen dan straten met ten minste aan één kant een onderbroken huizenrij.

Ook bestrating en verharding beïnvloeden het klimaat van de bebouwde omgeving. De hoge temperaturen van bestratingsmaterialen verhogen de luchttemperatuur en hoe warmer het bestratingsoppervlak, hoe meer warmte kan worden afgegeven aan de lucht. De albedo (“wittigheid” van het oppervlak) wordt beschouwd als de belangrijkste factor die de oppervlaktetemperatuur kan beïnvloeden. Hoe hoger de albedo, hoe koeler het oppervlak.

Zo kan het vervangen van asfalt door beton leiden tot 12 °C koelere oppervlaktetemperaturen (het albedo verhogen van 0.1 – asfalt – naar 0.4 – beton). Het moet wél om grote stukken gaan. Nadeel is wel dat het meer reflecterende beton zorgt voor opwarming van andere locaties in de omgeving en verhoging van de gevoelstemperatuur van mensen die in zo’n straat lopen.

Aanwezigheid van water
Het effect van open water is afhankelijk van de temperatuur van het wateroppervlak, en of die lager is dan die van de lucht erboven. Hoe groter dit verschil is, hoe groter het verkoelende of verwarmende effect van het water in principe kan zijn. Soms zijn vijvers, grachten, meren en rivieren overdag koeler dan de lucht en ’s nachts warmer, met name in het tweede deel van de zomer en in de vroege herfst. Doordat de temperatuur van het water ’s avonds en ‘s nachts relatief hoog blijft, kan stedelijk water op die momenten in principe voor een opwarmend effect zorgen. Daarnaast moet er tenminste 200 meter wateroppervlak zijn waarover de wind blaast (de aanstrijklengte) om de wind te koelen. In het algemeen is het effect van open water op de luchttemperatuur relatief klein.

Reageren op dit artikel kan op LinkedIn.

Verder lezen
‘Bureaustudie rondom de invloed van omgevings- en gebouwkenmerken op hitte in de woning’ over de invloed van omgevings- en gebouwkenmerken op hitte in de woning, november 2021. Samuel de Vries (Hogeschool van Amsterdam), Batoul Mesdaghi (TAUW). Auteurs bureaustudie gebruiker: Werner Hagens (RIVM), Ton de Nijs (RIVM). Redactie: Dr.ir. Jeroen Kluck (Hogeschool van Amsterdam).
‘Handreiking hitte in bestaande woningen’. Deze handreiking is als onderdeel van de onderzoekslijn KBS tot stand gekomen.
Op https://www.koelebuurt.nl/publicaties verzamelen W/E Adviseurs, HvA en Klimaatverbond publicaties over hitte en koeling.

Verder lezen over TOjuli en de relatie met BENG
Lente-akkoord brochure ‘Woningbouw volgens BENG en TOjuli’ (herz. ed. 28 september 2020)
Lente-akkoord factsheet ‘Zomercomfort in nieuwe woningen’ (herz. ed. 20 januari 2021)
De relatie tussen BENG 1 en TOjuli (oktober 2021)