Het GWL-terrein in Amsterdam leeft in alle opzichten - KAN bouwen

Het GWL-terrein in Amsterdam leeft in alle opzichten

Leertraject KAN gebiedsontwikkeling

Het GWL-terrein grenst aan de Staatsliedenbuurt en het Westerpark in het gelijknamige stadsdeel. De wijk onderscheidt zich op veel punten van de omgeving. Opvallend is het weelderige groen met bloemrijke tuinen, klimplanten langs de gevels en hoogstamfruitbomen. Alles leeft, ook in sociaal opzicht: bewoners weten elkaar te vinden en werken samen aan natuurbeheer.

Leerpunten voor projectontwikkelaars

  • Het is belangrijk dat er een buurtbeheerder is. Hij biedt continuïteit, is aanspreekpunt voor alle bewoners en voor de gemeentelijke instanties.
  • Een goed hoveniersbedrijf kan zorgen voor overzicht, kennis en materieel. Dit bedrijf stuurt ook de vrijwilligers aan.
  • Het is belangrijk om bij de start een bewonersvereniging op te zetten. Lidmaatschap en contributie zijn gekoppeld aan huur- en koopcontracten. Dan heeft de verenging geld om professionals in te schakelen.
  • Parkeerplaatsen zijn geconcentreerd aan de rand van de wijk. Daardoor is er in de wijk alle ruimte voor voetgangers, beplanting en water.

Het KAN platform, DuurzaamDoor en Vogelbescherming Nederland ontwikkelden een leertraject voor klimaatadaptieve en natuurinclusieve gebiedsontwikkeling. Ontwikkelaars en architecten die werken aan drie natuurinclusieve projecten (in Enschede, Tilburg en Achterveld) nemen hieraan deel. Jip Louwe Kooijmans (Vogelbescherming) en Maike van Stiphout (DS Landschapsarchitecten) nemen hen mee naar referentieprojecten die bij deze opgaven passen. Op dinsdag 20 juli waren de deelnemers te gast bij het GWL-terrein in Amsterdam waar Diego Pos namens de bewoners uitleg gaf.

Hoge dichtheid
De woningen op het voormalige terrein van de Gemeente Waterleidingen in Amsterdam zijn eind jaren negentig opgeleverd. Met 600 woningen op zes hectare is de dichtheid hoog: hoger dan in de naastgelegen Staatsliedenbuurt. De bebouwing bestaat uit twee langgerekte gebouwen met zeven lagen aan de west- en noordkant van de wijk. Deze gebouwen fungeren tegelijk als geluidsbuffer. Binnen deze ‘omarming’ staan veertien kleinere gebouwen met vijf lagen. Enkele monumentale gebouwen zijn behouden. Zo is in het vroegere machinepompgebouw een grandcafé gevestigd. Aan de rand van het GWL-terrein zijn honderd parkeerplaatsen. De wijk zelf is autovrij. De buitenruimte is daardoor volledig beschikbaar voor voetpaden, speelterreinen, groen en water.

On-Amsterdams
De natuur en de rust van de woonwijk zijn on-Amsterdams. Middenin de stad verwacht je geen moestuinen en hoogstamfruitbomen. Ook natuurspeelplaatsen zijn in Amsterdam zeldzaam. Overal zie je veldjes die door bewoners min of meer zijn geannexeerd met picknickbanken en speeltoestellen. Huismussen bevolken de nestkasten in de gevels. Wat ook opvalt: de levendigheid op straat. Buurtgenoten komen hun huis uit, gaan een blokje om, maken een praatje of werken in de tuin. De wijk leeft. In alle opzichten.

Koepelvereniging
Bij de ontwikkeling van de woonwijk heeft een team van bewoners met de architecten en West 8 meegedacht. De openbare ruimte is gesegmenteerd met meidoornhagen van maximaal 1.40 meter hoog. Hierdoor zijn nutstuinen, semiopenbare gebieden en speelterreinen gemarkeerd. De bewoners zijn via een Koepelvereniging bij het beheer betrokken van het GWL-terrein. De verschillende VvE’s, de betrokken corporaties en de exploitant van het grandcafé zijn hier lid van. Huishoudens betalen zes euro per maand contributie. De Koepelvereniging heeft een buurtbeheerder in dienst en huurt regelmatig een hoveniersbedrijf in. De gebiedscoördinator van de gemeente maakt met de Koepelvereniging afspraken over beheer, veiligheid en leefbaarheid. De lijnen zijn kort.

Bewonerstevredenheid
Na bijna 25 jaar kun je concluderen dat de wijk robuust is. De bewoners zijn honkvast en het aantal verhuizingen is relatief klein. De bewonerstevredenheid is al jaren minimaal 8,1. De weinige problemen worden meestal snel in onderling overleg opgelost. Ook de wijze waarop bewoners zich hebben georganiseerd lijkt robuust. Vrijwilligers voor allerlei taken zijn er genoeg. Voor de nutstuinen is altijd meer animo dan er ruimte is. Alleen voor bestuurstaken is het soms moeilijk vrijwilligers te vinden. Het is wel belangrijk dat de vereniging voldoende geld heeft om voor sommige taken professionals te kunnen betalen. Het overleg met de gemeente gaat in het algemeen goed, al ervaren de bewoners nog altijd een zekere achterdocht. De gemeente blijft voorzichtig, ook al werkt het zelfbeheer door bewoners al jaren goed.

De deelnemers aan het leertraject KAN gebiedsontwikkeling hebben inmiddels twee excursies achter de rug. Begin september werd Achter ’t Holthuis in Twello bezocht. Op 28 september staat nog een excursie naar Bosrijk in Eindhoven op het programma. Dit najaar wordt het leertraject afgerond. Op dinsdagmiddag 9 november presenteren de deelnemers de resultaten tijdens de tweede KAN platformbijeenkomst.