Joris Voeten wil meer bomen in de stad - KAN bouwen

Joris Voeten wil meer bomen in de stad

Verslag van het KAN-Café met Joris Voeten (Wageningen Environmental Research), door René Didde

Wegens een brandweeroefening in het vertrouwde KAN-Café zit cafébaas Coen van Rooyen, in het dagelijks leven directeur van WoningBouwers.nl op een alternatieve locatie met zijn gast, deze keer Joris Voeten.

Joris onderzoekt aan Wageningen University & Research nature based solutions voor het stedelijk gebied. Dat is een hele mond vol, maar het komt er op neer om oplossingen uit de natuur te vinden voor een gezonde en klimaatbestendige stedelijke omgeving. De boom is daarvoor het uitgangspunt van de oorspronkelijk tropische bosbouwkundige. ‘De boom haalt zijn energie uit de zon, zuigt regenwater op en slaat een overschot op als een spons en gaat circulair om met grondstoffen. Gevallen bladeren van de boom verteren in de directe omgeving en leveren de bodem voedingsstoffen voor het volgend jaar’, legt Voeten uit.

De lessen van Joris Voeten

  • Bomen vormen de basis voor een natuurinclusief, klimaatadaptief en energievriendelijk stedelijk gebied;
  • Blauw-groene daken zetten zonnepanelen jaarrond aan tot een 4,4 procent hogere elektriciteitsproductie dan een gewoon zwart dak;
  • Doe grotere investeringen voor klimaatadaptieve steden en schrijf over een langere tijd af;
  • Wees in de grote steden niet bevreesd voor kunststof en betonnen constructies in de grond, om de stad multifunctioneler en klimaatadaptiever te maken.

Afgelopen maand fietste Joris op een zwoele avond door het bos naar huis, en deze ervaring zette hem zelfs aan tot een gedicht over natuur en tijd. De stad is het tegenovergestelde van een bos, zegt Joris Voeten. De stad is nog altijd veel te verhard. ‘In de zomer is het acht tot tien graden warmer dan erbuiten door al dat zwarte asfalt en als het regent ontstaat snel wateroverlast. In een bos gebeurt dat niet. Het ecosysteem herschikt zich na een gebeurtenis als een brand of een overstroming en wordt daardoor meer weerbaar.’

In de stad hebben we met behulp van techniek bedreigingen buitengesloten, merkte ook Coen van Rooyen in Japan. ‘Er is goed nagedacht om aardbevingen en tsunami’s zo veel mogelijk te weerstaan, maar ik hoorde in Tokyo en Kyoto geen vogel fluiten.’ We kunnen met techniek de gevaren niet langer beteugelen, laat staan garanderen dat er geen overstromingen als in Valkenburg in 2021 plaatsvinden, beaamt Voeten.

Hij doet daarom onderzoek om de verkoelende werking van planten en bomen en de sponswerking van de natuur in de stad te benutten. ‘De boom kaatst zonlicht terug, verdampt water, bergt water rond de wortels en geeft verkoelende schaduw. Mensen gaan op een zomerse dag niet voor niks naar een park.’

Voetens onderzoek heeft geleid tot uitgekiende concepten voor blauwgroene daken die veel meer bieden dan de sedumdaken van vijftien jaar geleden. ‘Ze leveren biodiversiteit, bergen water in kunststof kratten van 8,5 centimeter hoog waar de wortels via capillaire werking bij kunnen.’ Dergelijke daken koelen de etage eronder waardoor airco’s overbodig zijn. Ze koelen ook de zonnepanelen waardoor deze jaarrond bewezen 4,4 procent meer elektriciteit leveren, zo blijkt uit een TKI-onderzoek. Voeten levert informatie welke planten hoeveel biodiversiteit, insecten, vogels opleveren en wat de draagkracht van het dak moet zijn. ‘We kunnen, vooral in de zomer nog veel meer water bergen op het dak, zoals gezuiverd douchewater, waarmee we via een cascade en zwaartekracht dit water op lager gelegen verdiepingen kunnen benutten voor toiletspoeling, of met geringe pompenergie naar de gewenste plek kunnen brengen.’ Marktpartijen hebben bestekteksten klaarliggen die voldoen aan de uitvraag van de systemen.


Door vooraf beter na te denken kan zo’n blauw-groen dak met zonnepanelen daarom uit, aldus Joris Voeten. ‘De investeringen zitten in het begin, verderop zijn de meerkosten, ook van het onderhoud beperkt. Twee keer per jaar een dakhovenier volstaat om onder meer houtige gewassen en planten weg te halen die mogelijk de zonnepanelen kunnen overwoekeren. We zoeken projecten waar we met gemeenten, waterschappen en ontwikkelaars meer water niet alleen op het dak maar ook in het gebouw kunnen gebruiken.’

Probleem is wel dat behalve betere elektriciteitsproductie de meeste baten niet direct in geld kunnen worden uitgedrukt. ‘Je kunt niet een rekening naar het Rijk sturen omdat je acht kilogram fijnstof op je blauw-groene dak in een jaar hebt weggevangen, of dat de mensen gezonder zijn. Ook zorgverzekeraars leggen die link voorlopig nog niet. Investeerders moeten voorlopig zelf de drijfveer hebben om zo’n beter gebouw neer te zetten.’

De praktijk is nu dat we elke dertig jaar een lindeboom vervangen, terwijl we ook toekunnen naar lindebomen die moeiteloos vier maal dertig jaar kunnen staan.

Een dergelijke manier van denken moet ook meer in de openbare ruimte op straat plaatsvinden. Onder fietspaden, parkeerplaatsen kunnen stedenbouwkundigen ruimte reserveren voor waterberging. ‘Bomen wortelen tot aan het grondwaterpeil en breiden dan zijwaarts uit. De praktijk is nu dat we elke dertig jaar een lindeboom vervangen, terwijl we ook toekunnen naar lindebomen die moeiteloos vier maal dertig jaar kunnen staan. Dat scheelt de samenleving ontzettend veel geld. Door ‘wortelstraten’ te reserveren én holle mantelbuizen neer te leggen waarin leidingen als glasvezel doorheen worden getrokken, ontstaan er meer gezonde leefplaatsen voor bomen’, aldus Voeten. Hij toont een grafiek waarin de baten van de boom over een periode van 120 jaar zijn uitgezet. ‘De investering in jaar nul zijn vijf keer zo hoog, maar na 120 jaar heeft de boom twintig keer meer opgebracht aan functies als fijnstoffilter, schaduwwerking, verkoeling en waterretentie.’ Dit inzicht is voorlopig nog moeilijk te verkopen in de politiek. ‘Toch hoef je niet zo lang te wachten. Na dertien jaar ga je de betere groei van de boom in de goede groeiplaats al zien.’

Op vragen van de 75 toehoorders in dit KAN-café over of het wel verstandig is om plastic constructies op het dak of in de straat aan te brengen, zegt Voeten dat je vooral in drukgebruikte ruimte in grote steden wel materiaal moet toevoegen om de verschillende functies te waarborgen. ‘Je wilt ook fietsen en je auto parkeren. Om de druk en de belasting daarvan op de ondergrond te verminderen, zijn dit soort kunststof of betonnen constructies nodig. Voor het stapelen van functies in een gelaagde stad is het nodig.’

Bomenspecialisten bij gemeenten en bedrijven zien al steeds meer het belang van investeren in goede groeiplaatsen voor bomen. Maar een terugverdientijd van twee jaar is onzinnig. ‘zo snel werkt de natuur niet. Je vraagt ook niet aan een drie maanden oude baby wat hij voor de maatschappij heeft betekend.’

We vliegen uit de bocht. In het jaar 2100 zitten we al tegen een opwarming van 3 graden Celsius. We moeten vandaag meer actie ondernemen.

Joris Voeten is af en toe teleurgesteld dat er ondanks de wetenschappelijke bewijzen voor de opbrengsten van blauwgroene daken met zonnepanelen nog steeds zwarte bitumendaken verschijnen. ‘We vliegen uit de bocht. In het jaar 2100 zitten we al tegen een opwarming van 3 graden Celsius. We moeten vandaag meer actie ondernemen.’ Coen van Rooyen formuleert een verklaring. De woningbouw heeft veel aan zijn hoofd. ‘Voldoende en betaalbare woningen leveren, CO2-besparen en energie besparen, inspelen op de klimaatverandering, het komt allemaal samen. Het is relatief nieuw en daarom hebben we het KAN-platform opgericht.’

Joris Voeten richt zich met zijn boodschap tot het kabinet. ‘Stel natuurinclusiviteit en watersensitiviteit bij nieuwbouw in stedelijk gebied verplicht. Maak water en bodem werkelijk sturend. We moeten niet tegen maar met de natuur werken en verder vooruitkijken. We moeten ver vooruit investeren en langer doen over het afschrijven. Op de korte termijn verdienen we wat minder, maar we laten een significant betere wereld achter voor onze kinderen en kleinkinderen.’


Meer informatie over de genoemde voorbeelden en projecten vind je op:

Alle genoemde TKI projecten zijn onderdeel van Topconsortium voor Kennis en Innovatieprogramma van de Nederlandse regering – Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)

Het volgende KAN-Café vindt plaats op 7 november, met als gast Eva Stache (TU Delft). Het thema: wat zijn de effecten van de stadsvegetatie op het stadsklimaat.