Stad en natuur vinden elkaar op De Groene Kaap
De Groene Kaap is gebouwd in het entreegebied (de pols) van Katendrecht: 450 huur- en koopwoningen in een complex met verschillende bouwdelen. Met elkaar vormen deze één buurt doordat de gebouwen zijn verbonden via semi-openbare groene hoven, loopbruggen en daktuinen. Het is een ontwikkeling van Stebru in samenwerking met Altera (belegger), bureau Massa (architect) en LOLA landscape architects (landschapsarchitect). Sinds 2021 is De Groene Kaap bewoond. De themagroep Collectieve Binnentuinen van het platform KAN Bouwen kreeg er een rondleiding.
Verslag van de KAN-excursie op 28 september 2023, door Henk Bouwmeester
Naamgeving
Van meet af speelde de groene kwaliteit een hoofdrol in het project, legt Paul Vernooy (Stebru) uit: “We hebben al snel de naam ‘De Groene Kaap’ bedacht. Die naamgeving heeft geholpen om met elkaar de hoge ambities vast te houden.” Het project is gebouwd op een braakliggend, rechthoekig kavel van 1,5 hectare langs de kade van de Maashaven in de pols van Katendrecht. Uitgangspunt was stedelijk wonen in een hoge dichtheid. Dat betekent volgens Vernooy ook gemengd wonen: “Singles, stellen en gezinnen. Expats, ouderen en families. Van 0 tot 100 jaar.”
Leerpunten De Groene Kaap
- Een veilige en toegankelijke groene buitenruimte is belangrijk om de stad voor meer doelgroepen aantrekkelijk te maken. Met name voor gezinnen en ouderen.
- Een goede projectnaam helpt om hoge ambities tijdens de ontwikkeling van een project vast te houden.
- Hoogteverschillen maken een gezamenlijke tuin avontuurlijk en geven aanleiding om verschillende biotopen te creëren. Dat verhoogt de natuurwaarde.
- De scheiding tussen privé, collectief en openbaar kan door een goed ontwerp worden gemarkeerd. Dan zijn geen toegangsborden of -hekken nodig.
- Als een tuin openbaar toegankelijk is, is persoonlijk toezicht nodig om veiligheid te borgen. Rond de oplevering, als er nog weinig sociale controle is, is dat extra belangrijk.
Het idee is dat bewoners binnen De Groene Kaap een wooncarrière kunnen realiseren. Dat vraagt om een mix aan woningtypologieën en een woonomgeving die een community-gevoel geeft. Daarvoor is, zeker in een drukke stad een groene en veilig toegankelijke buitenruimte nodig: ruimte om buiten te zitten, waar kinderen kunnen spelen en die uitnodigt tot terloopse ontmoetingen en buurtbinding.
Glooiend daklandschap
Architect Koos Kok (Massa) ontwierp een complex met een glooiend daklandschap dat vanaf maaiveld via groene hoven en loopbruggen omhoog kringelt. Voor Eric-Jan Pleijster (LOLA) was dat het startpunt om een gevarieerd en voor Nederland uniek stedelijk landschap te ontwerpen: “We zagen de mogelijkheid om iets toe te voegen aan de stad: een natuurlijk netwerk met beplanting die ook daadwerkelijk bij het gebied past, waar vogels en insecten op afkomen. Liefst ook egels, al heb ik die nog niet gezien.” Paul Vernooy: “Het groen is een deel van de woonkwaliteit: ruimte voor ontmoeting en buitenspelen. Pas later in het ontwerpproces zijn de thema’s klimaatadaptatie en biodiversiteit eraan gekoppeld.”
300 woningen per ha
Het project bestaat uit vijf woontorens waarvan de hoogste zeventien bouwlagen heeft. De torens zijn met elkaar verbonden via lagere, tussenliggende bouwdelen met vier lagen. Het hele complex omvat 450 ruime woningen met een gemiddelde gebruiksoppervlakte van bijna 100 m2. Afgezien van de commerciële ruimtes komt de dichtheid in het gebied hiermee uit op meer dan 300 woningen per hectare. De bouwdelen vormen met elkaar vier smalle, gesloten blokken. Aan de buitenranden bevinden zich enkele commerciële ruimtes en de in- en uitritten van parkeergarages. Dwars door het gebied loopt een woon- en wandelstraat.
Het landschap is een bijdrage aan het natuurlijke netwerk van de stad. De hoogteverschillen vormden aanleiding om verschillende biotopen te ontwikkelen. Als een berglandschap.
Doorgaande route
De ruimtes binnen de bouwblokken vormen groen ingerichte collectieve hoven. Deze liggen op het dak van de parkeergarages. Omdat de garages een wisselende hoogte hebben (tot vier verdiepingen) variëren de hoven ook in hoogte. Doordat de bouwblokken zijn opgevuld met parkeren zijn deze relatief ondiep en is er vrij veel bezonning. De beplanting slaat daardoor goed aan. Op het dak van de lagere bouwdelen zijn daktuinen aangelegd en ook die zijn voor iedereen toegankelijk. Via trappen en loopbruggen zijn de hoven en daktuinen verbonden tot een avontuurlijke route van zo’n 350 meter lengte. Halverwege is er een panoramabrug die een prachtig uitzicht geeft over de Maashaven. De totale groene buitenruimte heeft een oppervlakte van zo’n 7.500 m2. Koos Kok: “Het is geen daktuin maar een doorlopend landschap.”
Verschillende biotopen
De leeflaag van de hoven en de daktuin is 30 centimeter tot één meter dik. Genoeg voor struiken, heesters en kleine bomen. Paden zijn gefundeerd met zand en puin, waardoor je niet meer het gevoel hebt dat je op een daktuin loopt, maar op volle grond. Op enkele plaatsen staan insectenhotels en het project heeft een groot aantal ingemetselde nestkasten. Iedere hof heeft z’n eigen kenmerken met eigen speelobjecten. Eric-Jan Pleijster (LOLA): “Het landschap is een bijdrage aan het natuurlijke netwerk van de stad. De hoogteverschillen vormden aanleiding om verschillende biotopen te ontwikkelen. Als een berglandschap.” De beplanting wordt in opdracht van de Vereniging van Eigenaren professioneel beheerd. Iedere week verricht een hovenier klein onderhoud. Regelmatig wordt groen gesnoeid en eenmaal per jaar wordt het hele terrein gemulcht om het bodemleven te stimuleren. Een aantal bewoners heeft een actieve tuingroep gevormd. Deze tuingroep beheert een kleine moestuin.
Toegankelijkheid
In opzet zijn de groene hoven en de daktuin volledig openbaar toegankelijk. Door een slim ontwerp zijn de overgangen tussen openbaar, collectief en privé daarom duidelijk gemarkeerd. Bijvoorbeeld door een hoogteverschil tussen privéterrassen en de openbare looproute. Collectieve (speel)plekken zijn met struiken van privéterrassen gescheiden. De doorgaande looproute is gemarkeerd met een turquoise lijn waarin ook zitelementen zijn opgenomen. Deze lijn slingert langs de hele route. Zonder hekken of verbodsborden snap je als bezoeker waar je welkom bent en waar je geacht wordt de privacy van bewoners te respecteren. In de periode rond de oplevering, toen sommige woningen nog niet bewoond waren, was er niettemin sprake van teveel overlast. De toegang is toen afgesloten met een hek dat de bewoners met een tag kunnen openen. Inmiddels is er meer sociale controle en wordt het gebied enkele dagdelen per week opengesteld. Ook is er een conciërge die toezicht houdt. Het is de bedoeling de openstelling stap voor stap weer te verruimen. Voor volgende projecten kan het een les zijn: zorg voor intensief beheer rond en een tijdje na de oplevering.
Themagroep Collectieve Binnentuinen
De themagroep Collectieve Binnentuinen van KAN Bouwen haalt de kennis en ervaring op rondom collectieve binnentuinen in hoogstedelijke woonprojecten. Zulke tuinen komen de laatste jaren steeds vaker voor. Maar hoe realiseer je die? Hoe zorg je dat ze er niet alleen op papier mooi uitzien, maar dat de bewoners er in de praktijk met veel plezier gebruik van kunnen maken? De excursie naar De Groene Kaap vond in het kader van deze themagroep plaats. De geleerde lessen worden gebundeld in een factsheet met do’s en don’ts voor stedenbouwkundigen, architecten, landschapsarchitecten, ontwikkelaars, beheerders en bewoners.
De Groene Kaap, Rotterdam-Katendrecht
• 450 huur- en koopwoningen
• 1.500 m2 commerciële ruimte
• Ontwikkeling en bouw: Stebru
• Architect: bureau Massa
• Landschapsarchitect: LOLA landscape architects
• Aanleg en onderhoud groene hoven en daktuin: Binder Groenprojecten
• Bouwperiode: 2018-2021
Tekst en beeld: Henk Bouwmeester